De keerzijde van compassie
Graag
wil ik mijn ervaring met het fenomeen compassie aan je voorleggen.
Compassie als kwaliteit om verbinding te versterken, of oude trauma's
en andere blokkades te helen.
Is het altijd gewenst of goed om compassie in te zetten? Ik heb vele malen mogen ervaren van niet en ik voel dat het tijd is om deze keerzijde van compassie ook eens onder de aandacht te brengen. Waarom? Omdat ik merk dat deze visie onbekend is en zeker vaak ook ongeliefd.
Lees verder, open je mind...het is cruciaal voor spiritueel zoekers en lichtwerkers.
De Van Dale definitie van compassie luidt als volgt:
• medelijden
Wiki zegt over "medelijden"
• medelijden (ook compassie, mededogen, medeleven, erbarmen, misericordia of deernis) is een vorm van empathie, waarbij iemand meevoelt met het lijden van een ander.
Compassie is een mooi iets toch? Dat zal denk ik bijna iedereen beamen, zeker de lichtwerkers. Op medemenselijk vlak is het inderdaad een mooi iets, waarbij men elkaar kan steunen. Het gevoel er niet alleen voor te staan. Herkenning te vinden in de ander, om op zijn minst niet alleen te staan in het gevoel. Vanuit deze menselijke blik is compassie logisch, prettig, geruststellend en troostend.
Toch wil ik graag een verdiepende kanttekening maken bij deze overtuiging. En dan met name over de functie van compassie bij het proces transformatie van angst naar liefde, van ego naar ziel, van mens naar God. Waarbij de nadruk niet langer ligt op enkel het menselijke aspect, herkenning, maar vooral op de meer geestelijke of spirituele kant ervan.
Om mijn visie te kunnen begrijpen en toe te laten, zal je bewust moeten zijn van het bestaan van je lager zelf (ego), waarmee je je persoonlijke leven leeft, maar ook van je hoger zelf (ziel), waarmee je ervaart dat je mens-zijn (identiteit) maar een deel is van wie je bent. In werkelijkheid ben je veel groter, je bent eeuwig, oneindig, goddelijk. Als dit nog onbekend voor je is, dan zul je mijn visie waarschijnlijk niet toejuichen. In mijn werk als coach ervaar ik namelijk veel weerstand bij mensen die nog in de overtuiging leven dat ze een "goed mens" moeten worden. En veel aan opbouwende persoonlijke ontwikkeling moeten doen. Maar ik ervaar ook weerstand bij mensen die verstandelijk wel al ontwaakt zijn. Zij erkennen dat hun ziel een veel grootser aspect van henzelf is en dat het onze uitdaging is ons van onze menselijke gehechtheden en identificaties te verlossen. Echter, zij bevinden zich in een vroeg stadium van ontwaken waarin weten en belichamen nog ver uit elkaar kunnen liggen. Stapje voor stapje zullen zij de gevoelde verlangens van hun ziel in de praktijk tot uitdrukking moeten brengen, ook als dat indruist tegen alles wat geaccepteerd en gewaardeerd is. De ziel belichamen noemen we dat.
Je leeft als het ware steeds in twee realiteiten die elkaar voortdurend afwisselen. De menselijke, persoonlijke realiteit van consumeren, materieel bezitten en verlangen, maar ook van gehechtheden, angst, schuld, schaamte en lijden. En de realiteit van de ziel, waar met name verheven verlangens naar eenheid, liefde, waarheid en innerlijke vrede voelbaar zijn. Waarden die ook belichaamd willen worden, en wel door processen van afbraak van het ego en de menselijke identiteit. Aangedreven door niets minder dan Gods kracht zelf. Het is wat we kunnen horen en voelen als een fluistering van de ziel, een innerlijke roeping. Maar soms ook een oorverdovende en niets ontziende orkaan die door je leven raast. Er is geen ontkomen aan.
Terug naar het onderwerp compassie. In dit gehele proces van ontwaken in de waarheid, van wie je werkelijk bent, van mens naar God, verandert de functie en toepassing van compassie. Compassie, liefde dus, transformeert als het ware met je mee. Waar compassie met name een menselijke vorm van liefde is, is onvoorwaardelijke liefde een universele of goddelijke vorm van liefde. Waar in compassie nog eigen wonden van angst en pijn te herkennen en te voelen zijn, is de universele en onvoorwaardelijke liefde geschoond van eigen wonden en kan daardoor alle vormen aannemen die dienend, transformerend en helend zijn. Waar compassie altijd "vriendelijk" of "lief" en "liefdevol" geuit wordt, zal universele liefde ook onverbiddelijk kunnen zijn, een schop onder de kont, of juist het uitstellen van begrip, troost en verzachting. Waarom? Dat zal ik proberen toe te lichten door het beschrijven van mijn eigen ervaring.
Drie jaar geleden ben ik in een nieuwe fase van mijn leven terechtgekomen na mijn scheiding van de vader van mijn kinderen. Tot zover niets bijzonders, dat gebeurt velen. Bovendien is verandering heel normaal in het leven. Niets is blijvend. Wat gebeurde er? Ik ontmoette iemand die mijn leven ingrijpend zou veranderen. Niet zomaar iemand... ik ontmoette mijn tweelingziel. Zonder teveel in te willen gaan op dat begrip, wil ik de belangrijkste aspecten ervan noemen: de her-EENiging, de hernieuwde kennismaking met onvoorwaardelijke liefde en de verpletterende en hartverscheurende ego-afbraakprocessen. Na jaren van bewustzijnsontwikkeling en mijn zoektocht naar God, was ik aanbeland in de belangrijkste fase van de huidige evolutie van de ziel die wij als mensheid kennen: de hereniging met je tweelingziel om de transformatie van dualiteit naar eenheid, van ego naar ziel te bespoedigen en te vervolmaken. Blijkbaar was al het voorwerk gedaan, maar het echte werk moest nog beginnen!
Wat heeft dit met compassie te maken? Waar wij in de beginfase van onze relatie vooral de enorme overvloed aan liefde indronken en ons gezamenlijke zielenverleden grotendeels geheeld hebben (de oerwond van scheiding), maakte onze ziel langzaam plaats voor heel andere processen: afbraak van oude patronen, overtuigingen, concepten en het helen van de wonden die door die heftige afbraak opengereten werden. Zeker twee jaar heeft die periode geduurd. Heel af en toe speelt er nog iets op, maar het grootste gedeelte is (waarschijnlijk) achter de rug.
Nu al het stof is neergedaald kan ik zien, voelen en weten wat er gebeurd is en wat mijn proces voor anderen kan betekenen.
Een belangrijke dynamiek die deze periode kenmerkt, is de werking van onvoorwaardelijke liefde. De medaille van liefde kent namelijk twee kanten. Een zachte en een harde kant. De zachte, lieve kant kennen we allemaal. Ook compassie valt hieronder. De overbekende koestering, bemoediging, troost, medeleven/medelijden, begrip en erkenning. Deze energie ontspant. Er komt rust in je, angst verdwijnt en moed en hoop herleven. De energie die maakt dat je je niet meer zo "gewond" voelt als voor de compassievolle uiting van je medemens. Het maakt het leven weer wat draaglijker. De vraag rijst echter of compassie ook helpend is als je wonden juist om aandacht schreeuwen? Als je ziel verlangt naar echte heling van de wonden? Is het niet zo dat je juist met compassie je wonden met de "mantel der liefde" bedekt? Ga maar bij jezelf na...je zit in de put, je bent verdrietig, angstig of moedeloos en gefrustreerd. Een vriendelijk iemand troost je, spreekt bemoedigende woorden, wrijft de stress uit je rug en nek met zachte liefdevolle handen, laat jou weten dat je niet alleen bent met je gevoel... Hoe liefdevol dit ook bedoeld is, hoe fijn dit ook kan zijn, als het de bedoeling is dat je je diepste wonden gaat helen is dit niet de energie die je hierbij gaat helpen. Verzachting is wel het laatste wat je nodig hebt als je aan het begin van de "donkere nacht van de ziel" staat. Deze wordt namelijk gekenmerkt door het hartverscheurende gevoel moederziel alleen te zijn, verlaten door God en iedereen, onwaardig, onbelangrijk, ongeliefd.
Luister goed: het is de bedoeling dat je in duizend stukjes uit elkaar spat! Het is de bedoeling dat je alle houvast, steun en moed kwijtraakt. Het is de bedoeling dat je VOLLEDIG door het duister gaat. Daar is de plek in jezelf waar je je ziel zult vinden. Nergens anders. Er is geen andere manier. En je tweelingziel zal je daarbij helpen omdat die gelijktijdig in eenzelfde proces terechtkomt. Maar dan tegengesteld. Jullie zijn de dualistische principes in jullie zelf aan het helen. Hij of zij kán jou niet steunen en bemoedigen op dat moment. Hij of zij staat zelf schreeuwend, huilend, vloekend en tierend tegenover je, net als jij op de drempel staat van een zeer donkere nacht van de ziel. Juist van hem of haar wil je nu troost ontvangen, maar uitgerekend van hem of haar zul je het niet ontvangen. En juist dat gegeven maakt dat je je eindelijk over de rand van de afgrond stort. De diepte in. Daar is geen ontkomen aan...
Niet zelden heeft mijn tweelingziel mij, in mijn beleving, ontkend, gekwetst en aan mijn pijnlijke lot overgelaten, op het moment dat ik zo graag compassie wenste te ontvangen. Maar begrijp dit goed: compassie werkt op dat moment als een verslaving. Het is drugs. Wij mensen willen verdoofd worden omdat we bang zijn voor de diepte. Bang zijn voor heling, bang dat we alles en iedereen kwijtraken als we ons daar begeven. We willen liever slaperig blijven voor de waarheid. Liever vasthouden aan waar we ons veilig bij voelen. We willen ons blijven verstoppen, ons vastklampen aan elke spriet in plaats van ons laten meevoeren met de stroom van het leven. Je tweelingziel zal er alles aan doen om je handen die vastgrijpen naar steun weer los te maken. Je naar de rand van de afgrond te leiden. Hij of zij wil dat je springt! Want daar ligt je heling, je definitieve verlossing uit de gevangenis die wij mensen voor onszelf en elkaar creëren. Waardoor we onze werkelijke essentie nooit zullen voelen en belichamen.
En dat is een daad van liefde. Onvoorwaardelijke liefde. Je tweelingziel is op dit moment namelijk net zo hartverscheurend bang om jou te verliezen, maar kan zichzelf niet helpen. Het is de ziel die hier het stuur in handen heeft en het kleine bange mensje kan alleen maar machteloos toekijken hoe alles lijkt uiteen te spatten. Deze onvoorwaardelijke liefde ziet er dus niet uit als liefde. In elk geval niet passend binnen het idee of concept dat wij mensen van liefde hebben. Het is niet lief, zacht en begripvol. Maar hard, messcherp en meedogenloos. Maar zeer effectief en ongelofelijk helend en transformerend.
Uit eigen ervaring kan ik vertellen dat elke keer als ik weer uit het diepste donker van mijn gevoel kwam bovendrijven, mijn lief daar was. Altijd klaar om mij met golven van zijn gouden liefde te overspoelen. Mij te versterken, mij te helpen de duizend stukjes van mijn ziel weer bij elkaar te rapen en mij te helpen mijn wonden te verzorgen. Noem het compassie of onvoorwaardelijke liefde. Maar zie in dat wat wij beschouwen als lief en liefdevol ook giftig kan worden. Dat we onszelf ermee kunnen verdoven en bedwelmen, omdat we allemaal denken dat we verloren raken en het leven niet meer aankunnen.
Echte liefde heeft twee kanten en vele verschijningsvormen. Ik zie alle manieren zoals liefde werkt in ons leven als wonderen. Als genade. En ik kan alleen maar in nederigheid mijn hoofd buigen voor het leven, voor de universele liefde en voor God.
In
liefde geschreven,
Maria
Helena